We kunnen beginnen met de IAQ-sensor en de LiDAR. De globale etikettering van deze twee sensoren verschilt van de andere sensoren omdat ze op een verticaal deel van de printplaat zijn gemonteerd (in plaats van op een deel van de hoofdprintplaat). Dit komt omdat:
-
LiDAR moet loodrecht op het horloge staan om naar objecten te kunnen wijzen.
-
Hoe verder de BME680 verwijderd is van andere warmtegenererende componenten, hoe nauwkeuriger de omgevingsmetingen zullen zijn.
Er moet ook worden opgemerkt dat de VL53L1X LiDAR het beste werkt bij weinig omgevingslicht. Ik heb geen problemen ondervonden bij het gebruik binnenshuis en het werkt zelfs nog beter als de lichten uit zijn. Wanneer u de sensor echter op een zonnige dag gebruikt, introduceert het omgevingslicht van de zon ruis in de metingen van de sensor, waardoor de nauwkeurigheid en betrouwbaarheid van de afstandsmetingen afnemen.
Hoewel de laseraanwijzer wordt gebruikt om de LiDAR te helpen richten, is deze bovendien niet altijd een directe indicator van de gemeten positie. Het VL53L1X-algoritme voor afstandsmeting werkt in principe door een gebied rond het midden te nemen (ongeveer 9,8 graden in alle richtingen vanwaar u wijst) om een groter monster van het invallende licht te krijgen. Vervolgens gebruikt het deze gecombineerde meting om de afstand te berekenen. Dat wil zeggen, als u een omgeving dichtbij een laserpunt probeert te meten, dan zal de gemeten afstand een combinatie zijn van de afstand in de klik + de aflezing van iets dichtbij (binnen 9,8 graden).